Ik zie, ik zie, wat jij niet ziet: over de mentale last en de zichtbaarheid van zorg

door Rebelle

Ik kon mijn vinger er niet op leggen. Sinds we een baby hadden bekroop mij steeds vaker een ongemakkelijk gevoel. Náást de gelukzaligheid die onze dochter aanwakkerde en de liefde die groeide voor mijn partner Samuel in zijn nieuwe rol als vader, groeide ook de lijst van verantwoordelijkheden die komt kijken bij het hebben van een kersvers gezin. Ik had sterk het idee dat Samuel die lijst niet zag of wilde zien. Onvrede, woede en zelfs wrok aan mijn kant waren het gevolg: zo hadden we het niet afgesproken. We waren drie jaar samen en hadden een kind gewild. Nu was zij er en had ik het gevoel dat ik in de rol van gezinsmanager werd geduwd.

Tot haar komst hadden we geen discussies over de verdeling van onze tijd en aandacht voor werk, huishouden, ons sociale leven of elkaar. Samuel is culinair ondernemer en ik was destijds nog in dienst als projectleider emancipatie en participatie bij een bureau voor sociale innovatie. We deden leuke dingen en ik deed iets meer in het huishouden, maar hij kookte fantastisch en dat maakte veel goed. Vanaf de geboorte van Ayla begon de scheefgroei: als vanzelfsprekend nam ik het leeuwendeel van de zorgtaken op me, terwijl hij meer dan voltijds doorwerkte. Maar ik werkte na het zwangerschapsverlof ook weer en bleef toch degene die het fijnmazige web van zorgtaken als fundament van ons familieleven thuis managede.

Spitsuur

Voordat de baby kwam hadden wij gerekend op een gelijkwaardig partnerschap en ouderschap: we zouden allebei zorgdragen voor het betaalde werk buitenshuis én het onbetaalde werk thuis. Moest ik nu echt een lijstje gaan maken met de punten die ieder van ons opnam? Ook zonder dat lijstje wist ik zeker dat het scheef zat, maar ik kon de woorden niet vinden om dat duidelijk te maken en tot een betere verdeling te komen. Vastbesloten om dit probleem op te lossen, begon voor mij een persoonlijke en professionele zoektocht naar de oorzaken van de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen op het gebied van zorg en werk in de samenleving.

Ik sprak ervaringsdeskundigen, wetenschappers en feministen, en discussieerde aan de eettafel, met resultaat, over al mijn nieuwe inzichten. Inmiddels was ik omgeschoold tot coach en zag ik in mijn praktijk dagelijks hoe belangrijk het is om vraagstukken over gelijkwaardig partnerschap, de werk-zorgverdeling en het goedhouden van de liefde in het spitsuur van het leven te adresseren. Meer dan een derde van de relaties strandt en uit eigen ervaring wist ik dat goede communicatie over deze onderwerpen essentieel is om dat te voorkomen. 

Emotioneel management

Twee jaar duurde het voordat ik de woorden vond om de overuren die mijn hoofd draaide als gedoodverfde Chef Zorg & Huishouden bespreekbaar te maken. In 2018, het tweede jaar van ons ouderschap, leerde ik over het concept emotional labour. Die term werd in de jaren tachtig bedacht door socioloog Arlie Hochschild. Expert op het gebied van de werk-zorgverdeling en schrijfster van The Second Shift, over de ‘tweede dienst’ die voor buitenshuis werkende vrouwen zou beginnen ná hun betaalde werk: thuis, tussen de stapels was en huiswerk van de kinderen die gedurende de dag op haar hadden gewacht.
Emotiewerk verwees in de theorie van Hochschild oorspronkelijk naar het moeten managen van de eigen emoties bij het uitvoeren van dienstgerichte beroepen. Denk aan een verpleegkundige die zelf fysieke klachten heeft, maar zich toch dienstbaar moet opstellen voor haar patiënten, of een leerkracht die zich ongeacht problemen in de privésfeer vrolijk en opgeruimd gedraagt in de klas. Via Engelstalige artikelen, boeken en podcasts van vrouwelijke makers over emotional labour, werd het concept uitgebreid naar het huiselijk domein en zo bereikte het ook mijn biotoop. Voor ons was dat het begin van een kleine revolutie.  

Zichtbaarheid

Want ik was dus niet gek én ik was niet de enige vrouw die zeker wist dat er iets niet in de haak was met die taakverdeling tussen ons. Er was wel degelijk sprake van een onevenredige verdeling maar we konden het niet zien of vastpakken. Nieuwe oppas nodig? Kind bijna klaar voor de basisschool? Uit de kleren gegroeid? Mijn mentale radar ging vanzelf draaien als zich een zorgvraag voordeed en ik was Samuel steeds tien stappen voor. Al het vooruitkijken, bedenken, aanvoelen, aansluiten en plannen voor onze drie-eenheid gebeurde in mijn hoofd. Dat was de mentale last die ik droeg, emotiewerk is daar onderdeel van. Het zorgwerk dat ik deed was niet alleen onzichtbaar, ik voelde mijzelf onzichtbaar als ik het deed en het niet werd opgemerkt.

Terug naar de haard

Een volgende doorbraak in mijn inzichten over de verdeling van zorg en arbeid viel samen met de eerste lockdown na het uitbreken van de coronapandemie. Als vanzelf verschoof mijn betaalde baan naar de marges en nam Samuel met dat van hem de keukentafel in beslag. De pandemie legde de scheve verdeling van arbeid en zorg bloot en er ontstond hernieuwde interesse voor het onderwerp. Volgens onderzoek van de Vrije Universiteit van Brussel besteedden mannen in 2020, het jaar van de eerste lockdowns, gemiddeld 168 minuten per dag aan het huishouden en hun vrouwelijke partners 204 minuten, terwijl beiden aanzienlijk meer uur thuis waren. Verder, stelden de onderzoekers vast, besteedden mannen sinds 2013 maar 6 minuten méér aan zorg en huishouden in dat eerste jaar van de pandemie. ‘Corona duwt vrouwen terug naar de haard’, kopte De Standaard naar aanleiding van onderzoek van de Verenigde Naties.  Ja, mannen zijn sinds de jaren zestig iets meer gaan doen in zorg en huishouden, maar het gaat ‘in het tempo van een slak’, zoals de Nederlandse oud-politica en feministe Hedy d’Ancona beaamde toen ik haar sprak voor mijn boek.

Natuurtalent

De werk-zorgverdeling tussen mannen en vrouwen in heteroseksuele relaties bleek oneindig veel complexer dan ik dacht. De huiselijke dynamiek waarin wij voortploeterden om de organisatie van ons gezin en de kwaliteit van onze relatie te verbeteren, stond onder invloed van externe factoren waar we ons niet bewust van waren. Eeuwenoude man-vrouwverhoudingen, patronen en verwachtingen van wat elke sekse ‘hoort’ te doen in een mensenleven, achtervolgden ook ons in dit moderne tijdperk – ons progressieve zelfbeeld ten spijt. In onderzoeken naar de emancipatie in het gezin, kwam ik ook steeds opnieuw de overtuiging tegen dat, of het nu gaat om fysieke zorgtaken of de mentale en emotionele zorg die hoort bij het runnen van een gezin, vrouwen van nature een groter talent hebben voor die taken. Daarvoor is overigens geen enkel bewijs, drukte een hersenwetenschapper mij op het hart. Toch is de (al dan niet expliciete) overtuiging nog steeds dat moeders de belangrijkste, beste en primaire verzorgers van hun kind en huishouden zijn, terwijl vaders zorgen voor brood op de plank. Het aloude kostwinnersideaal voor mannen gaat hand in hand met de moederschapsideologie. Zelfs mensen zonder kinderen en stellen van gelijk geslacht krijgen te maken met stereotiepe denkbeelden over hoe het zou moeten zijn.

Glazen tussenwand                           

Waarom hadden zo weinig mensen het hierover? Wij waren zeker niet de enigen die worstelden met de rolverdeling. Slechts een kwart van alle aanstaande ouders bespreekt hoe zij zorg en arbeid na de geboorte van een kind gaan verdelen, terwijl meer dan de helft een gelijkwaardig ouderschap ambieert. Niet verrassend dat het ook slechts een kwart van de stellen lukt om dat te realiseren. De glazen tussenwand, het idee dat er tussen mannen en vrouwen in heteroseksuele relaties een onzichtbare scheiding is die ieder keurig in haar zorgdomein of zijn kostwinnerspositie houdt, lijkt net als het glazen plafond moeilijk te doorbreken. Een veelvoorkomende misvatting is dat deze verdeling een persoonlijke en ‘vrije’ keuze is, uniek voor elke relatie. In werkelijkheid worden die keuzes beïnvloed door de manier waarop de samenleving is georganiseerd, het overheidsbeleid op het gebied van werk en zorg, sociale normen, de conditionering van mannen en vrouwen, onze rolmodellen en de stereotypen die we hebben geïnternaliseerd. Hoe geboorteverlof, ouderschapsverlof, kinderopvang en schooltijden geregeld zijn, bepaalt in grote mate hoe mensen hun privéleven inrichten. Het persoonlijke is nog altijd politiek, alleen beseffen individuele stellen dat maar in beperkte mate én wordt een diepgaand gesprek als overbodig of zelfs gezeur ervaren.

Een leven delen

Fysieke en emotionele zorg vormt het fundament van ons bestaan. Gezeur is het in elk geval niet, maar als je samen een leven deelt is het wel een gedeelde verantwoordelijkheid. Wat ik heb geleerd in vijf jaar onderzoek naar dit onderwerp is dat het serieus nemen en bespreken van zorg en arbeid noodzakelijk is voor elk stel dat een huishouden deelt, het raakt aan alle aspecten van een leven samen. De basis op orde hebben geeft ruimte voor vrijheid, plezier en dromen over de toekomst. Het zichtbaar maken van dat wat vanzelfsprekend lijkt en onzichtbaar is, is daarbij een onmisbare stap. Dus toch op z’n minst zo’n takenlijstje maken, allebei en daar eens uitgebreid over in gesprek gaan.

In voor- en tegenspoed (maar alleen als jij de afwas doet)
In voor- en tegenspoed deelt Ragna haar professionele expertise en haar persoonlijke zoektocht met haar partner Samuel naar gelijkwaardige relatie en een betere balans in hun gezinsleven. Dit boek laat het verband zien tussen de ongelijke taakverdeling thuis en de maatschappelijke ongelijkheid tussen mannen en vrouwen op het gebied van arbeid en zorg.

Auteur: Ragna Heidweiller 

Reactie toevoegen

logo viva-svv

De inhoud van de site kan veranderen naargelang je een andere regio kiest.